Het Interreg 2 Zeeën-project Circular Biobased Construction Industry (CBCI) onderzoekt hoe je grondstoffen in de bouw efficiënter kunt gebruiken om daarmee de CO2-uitstoot te verminderen. Niet alleen in de bouwfase, maar tijdens de hele levenscyclus van een gebouw. Voor de transitie naar een circulaire economie wordt een integrale aanpak voor circulair en biobased bouwen ontwikkeld, die een basis vormt voor de bouwsector.
De bouwsector is een grootverbruiker van hulpbronnen: 30-50% van alle in Europa gebruikte materialen gaat naar de bouw. Tussen 2003 en 2011 werd in de EU jaarlijks ongeveer 1200-1800 megaton aan bouwmaterialen gebruikt, die jaarlijks 33% van de totale CO2-uitstoot veroorzaken. De gebruikte componenten en materialen zijn echter vaak niet aanpasbaar tijdens hun gebruiks- en levenscyclus, omdat de meeste bouwprojecten nog steeds lineair worden ontworpen, waardoor hergebruik moeilijk is en de hulpbronnenefficiëntie dus laag.
Ondanks de wens van de Europese Unie om van lineaire naar circulaire systemen over te stappen, zijn toepasbare circulaire benaderingen schaars. Vooral die welke de technische en biologische cyclus koppelen aan een integrale benadering van sectorale aspecten: techniek, economie en financiën en kader en regelgeving. Om verandering naar een integrale circulaire biogebaseerde aanpak in de bouwsector mogelijk te maken, zijn nieuwe rollen van belanghebbenden in de bouwsector nodig (fabrikanten, bouwers, beleidsmakers, investeerders, aannemers en eindgebruikers).
Algemene doelstelling
De algemene doelstelling van CBCI is het opzetten van de basis voor de circulaire biogebaseerde bouwsector om een integraal onderdeel te worden van de bouwmarkt in het twee-zeeën gebied. In dit project stellen we de bouwsector niet alleen in staat om een integrale (proces)aanpak voor circulair bouwen te hanteren, maar ook om biobased materialen in een circulaire context voor gebouwen (koppeling technische en biologische cyclus) te gebruiken voor gebruik en levenscyclus (ontwerp, productie, gebruik, onderhoud en hergebruik). CBCI wil ook verandering teweegbrengen in de financiering en bekostiging van circulaire projecten, circulatievriendelijke aanbestedingen bevorderen, het regelgevingskader aanpassen en de (toekomstige) professionals voorbereiden op circulair werken.
Deze integrale aanpak zal een nieuwe tak van de bouwsector ontwikkelen en versterken en het gebruik van niet-duurzame hulpbronnen (materialen, energie) terugdringen, de hoeveelheid afval en CO2-uitstoot verminderen en het gebruik en hergebruik van hulpbronnen in de bouwsector vergroten.
Resultaten
Dankzij de integrale aanpak van CBCI zullen diverse outputs worden geproduceerd die een breed effect op de sector hebben. Er worden drie white papers gepubliceerd om de belanghebbenden die verantwoordelijk zijn voor financiering en financiering, voor het regelgevingskader (beleidsmakers) en voor aanbestedingen te beïnvloeden, met als doel de verschuiving naar meer circulariteit voor professionals te vergemakkelijken door een stimulerende omgeving. Professionals zullen ook profiteren van een praktische gids en een haalbaarheidsstudie, als instrumenten om hen te begeleiden bij circulaire bouwprojecten, in elke fase van het proces. Het project zal ervaring en kennis verzamelen door middel van living-labs, die als proof of concept van circulaire biogebaseerde bouw (CBC) zullen blijven, en als grensoverschrijdende onderwijsmodellen zullen dienen. Naast deze fysieke belichamingen zal CBCI lesmateriaal ontwikkelen voor professionals en studenten dat de nodige kennis zal verschaffen aan (toekomstige) professionals om de lineaire bouwbenadering te vervangen voor een circulaire.
Grensoverschrijdende aanpak
Ten eerste is een grensoverschrijdende aanpak nodig, omdat circulair biobased bouwen nog maar net begonnen is. Geen van de regio's beschikt al over alle kennis, ervaring en faciliteiten op dit gebied. Om de invoering van CBC te versnellen, is uitwisseling nodig. Kennis van technische aspecten van biogebaseerde materialen en procesbeheer is vooral beschikbaar in de universiteit van Bath. Evenzo is kennis over biogebaseerde bouwmaterialen, procesbeheer en bedrijfsmodellen beschikbaar in België en Nederland, terwijl alle gebieden daarvan kunnen leren.
Ook kan de hele regio via waarnemer Cd2e profiteren van het sterke netwerk van kleine en middelgrote ondernemingen in Frankrijk die ervaring hebben met afvalverwijdering. Ook is grensoverschrijdende samenwerking nodig om een kritische massa van hernieuwbare, biogebaseerde, materialen te bereiken om de ontwikkeling van biogebaseerde elementen aan te pakken. Ten slotte verruimt de vergelijking van grensoverschrijdende gevallen het leerproces. Er kunnen algemene patronen worden vastgesteld die anders onopgemerkt zouden blijven.