HZ Kenniscentrum Ondernemen en Innoveren onderzoekt in opdracht van mkb-ondernemers, belangenorganisaties, overheden, inwoners en het onderwijs vraagstukken rondom duurzame innovaties en ondernemerschap.
Het kenniscentrum helpt deze doelgroepen met het vinden van antwoorden op sociaal-maatschappelijke uitdagingen waar allerlei, soms tegengestelde belangen zijn. “We geven inzicht, creëren nieuwe perspectieven en realiseren projecten”, zegt coördinator Ageeth van Maldegem.
Het kenniscentrum focust zich op verbeterde klantinzichten, wil met haar onderzoeken altijd impact realiseren en richt zich op kennis waarmee je product- en businessmodellen kunt ontwikkelen.
Gedrag van organisaties
De onderzoekers hebben een goed beeld van het gedrag van organisaties en weten wat wel en niet werkt op het gebied van innovatie en ondernemerschap. Het kenniscentrum vat haar bevindingen samen in duidelijke rapporten voor en over ondernemers. De opgedane kennis is eenvoudig in te zetten en wordt bijvoorbeeld gebruikt in het zakelijke netwerk en broedplaats Dockwize. Als het kan werken de onderzoekers samen met studenten. Diepgaand klantinzicht Onderzoeker en coördinator Ageeth van Maldegem is gepromoveerd aan de Cranfield University in het Verenigd Koninkrijk. Zij heeft onderzocht hoe organisaties in het midden- en kleinbedrijf (mkb) diepgaand klantinzicht creëren en gebruiken in innovatieprojecten.
De uitkomsten van het promotieonderzoek komen tot uiting in concrete handleidingen en worden toegepast in opleidingsprogramma’s van de HZ. Het onderzoek is hier te lezen. Een samenvatting staat hier. Lees meer over het kenniscentrum op haar eigen website.
'''Toeristische en recreatieve activiteiten''' horen bij de provincie Zeeland. Het zijn activiteiten die mensen de provincie laten beleven. Door de ligging in de delta met veel natuur en direct aan zee is het – in combinatie met een divers cultuuraanbod – voor zowel inwoners als bezoekers goed vertoeven en ontspannen in Zeeland. Met badplaatsen als Domburg, Burgh-Haamstede en Cadzand, grote attracties als Neeltje Jans, het Veerse Meer en de Oosterschelde en een grote verscheidenheid aan toeristisch-recreatieve steden en dorpen, biedt de recreatieve sector in Zeeland een grote diversiteit. De toeristisch-recreatieve populariteit van Zeeland blijft onverminderd groot en is belangrijk voor de economie van de provincie. Mobiliteit is belangrijk voor de recreant en toerist, zowel van en naar Zeeland als tijdens het verblijf in de provincie. Mobiliteit draagt bij aan de beleving van Zeeland. Door de juiste vormen van mobiliteit aan te bieden – zodat mensen hun bestemming kunnen bereiken, de omgeving kunnen beleven en de verkeersdrukte verminderd wordt – kunnen we de positieve beleving van Zeeland en daarmee de Zeeuwse economie vergroten.
Robotisering is een fenomeen dat veel aandacht krijgt in de media en nauwgezet onderzocht wordt door verschillende internationale en nationale instanties. Recentelijk verschijnen er ook onderzoeken naar de effecten van robotisering in bepaalde sectoren en/of regio’s. Een voorbeeld hiervan is de verkenning naar kansen van Robotisering in Brabant uit 2016. Dit initiatief inspireerde SER Zeeland om een onderzoek uit te zetten naar de kansen van robotisering voor Zeeland, als onderbouwing voor een advies aan Zeeuwse organisaties, onderwijsinstellingen en overheid. Zoals altijd is het advies van de SER gericht op economie en werkgelegenheid in Zeeland en baseert zij dit op authentieke praktijksituaties. Alleen zo kan de SER haar stakeholders prikkelen, een spiegel voorhouden en vervolgens de discussie op gang brengen. Een gerichte zoektocht naar publicaties die de kansen van robotisering voor de Zeeuwse economie meer in de diepte analyseren, leverde geen resultaat op. Er zijn geen specifiek Zeeuwse robot cases beschreven die laten zien wat er binnen de Zeeuwse context nodig is om positieve resultaten op het vlak van bedrijfsresultaat, kwaliteit van arbeid, en werkgelegenheid te realiseren. Om beter te kunnen begrijpen welke structurele maatregelen nodig zijn om aanwezige kansen ook in Zeeland te kunnen benutten, is nader onderzoek vereist. Vanwege de centrale rol van adopterende organisaties is er gekozen voor de volgende onderzoeksvraag: Op welke manier kunnen Zeeuwse ondernemingen de kansen die robotisering biedt, benutten? Om tot een gedegen analyse te komen op zowel individueel, organisatorisch en systeemniveau, zijn de volgende deelvragen richtinggevend geweest voor het beantwoorden van de hoofdvraag:Op welke ondernemingsactiviteiten en processen heeft robotisering invloed?Welke partijen - interne en externe partijen - zijn hierbij betrokken?Welke percepties zijn er ten aanzien van robotisering?Welke instrumenten en hulpmiddelen worden ingezet?Welke randvoorwaarden en/of faciliteiten zouden onderwijs en overheden moeten creëren om deze kansen te kunnen verzilveren?Wat zijn succes- en faalfactoren van robotisering?