Het kon kleurrijker, duurzamer en lokaler. Die overtuiging hadden Montserrat, Kevin, Daan, Diana, Gerben en Luc toen ze zich voor het project Student Company in de wereld van de plantendruppelaar stortten. In een jaar tijd brachten de studenten Engineering hun eigen bewateringssysteem op de markt. “Dankzij dit project zie je pas echt hoeveel er bij het opzetten van een bedrijf komt kijken.”
Hoe kwamen jullie uit bij de plantendruppelaar als product van jullie Student Company?
Montserrat: “Voor dit project gingen we op zoek naar een oplossing voor een veelvoorkomend huis-tuin-en-keukenprobleem. Dat begon met een marktonderzoek. Daaruit kwam een heel herkenbaar probleem naar voren: we vergeten veel te vaak onze planten water te geven. En als we het al doen, geven we vaak weer niet de juiste hoeveelheid. Daar wilden we een duurzame, mooie en laagdrempelige oplossing voor bedenken. Dat werd onze plantendruppelaar.”
Waarin wilden jullie onderscheidend zijn?
Kevin: “Natuurlijk hebben we rondgekeken op de markt. Wat wordt er al aangeboden op dit gebied? Welke sterke punten zien we? En welke zwaktes? En hoe kunnen wij zorgen dat we daar een beter alternatief voor bieden? De belangrijkste zwaktes kwamen we tegen in de duurzaamheid, de looks en in de kleuropties. Veel plantendruppelaars zijn esthetisch niet fraai, terwijl het toch een product is dat je in je huiskamer zet. Meestal zijn ze van plastic of van glas. Niet zo mooi, niet duurzaam en te snel rijp voor de afvalbak.”
Op welke manier zijn jullie plantendruppelaars duurzamer?
Daan: “Wij maken gebruik van biologisch afbreekbaar plastic op basis van melkzuur, PLA. Dat betekent trouwens niet dat het product zomaar vergaat in je plantenbak. Om het af te breken zijn de juiste natuurlijke omstandigheden nodig. Dan gaat het om zulke hoeveelheden vocht en zonlicht, die waarden haal je niet in de woonkamer.”
Jullie productie kon niet lokaler plaatsvinden: bij Daan thuis!
Daan: “Dat klopt. We waren op zoek naar een laagdrempelige en betaalbare manier van produceren. Heel veel productieprocessen zijn gewoon te kostbaar of niet duurzaam genoeg. Thuis heb ik een 3D-printer staan, dus één en één was al snel twee. We konden de kosten van de artikelen hierdoor behoorlijk laag houden. We hebben de productie grotendeels on demand kunnen draaien, waardoor we nooit met grote voorraden zaten.”
Het verhaal gaat verder onder de afbeelding.

Via welke kanalen hebben jullie de producten verkocht?
Montserrat: “We hebben ons vooral gericht op verkoop via marktdagen. We stonden op verschillende markten in Zeeland, maar ook in Breda tijdens Koningsdag. In Middelburg hebben we de 3D-printer meegenomen, zodat we een demo konden houden. Dat trok veel bekijks. Op Koningsdag hadden we een oranje limited edition. Ook die deed het heel goed.”
Kevin: “Daarnaast hebben we goed kunnen verkopen aan familie en vrienden. En ook social media zorgde voor aardig wat verkochte exemplaren. We hadden als doel om er ruim 160 te verkopen en dat hebben we gehaald. Van tevoren maak je een financieel plan met elkaar. Als het dan positief uitpakt, is dat hartstikke leuk.”
Hoe kwamen jullie aan startkapitaal?
Kevin: “We hebben mensen uit onze omgeving benaderd om aandeelhouder te worden. Tegen een rendement van 10%. Dat ging hartstikke goed. Dankzij hun bijdragen konden we heel snel aan de slag met de verkoop. En we hebben iedereen inmiddels uit kunnen betalen.”
Wat nemen jullie mee uit dit project?
Montserrat: “Ik denk dat het voor ons allemaal heel interessante bagage is. Voor onze opleiding houden we ons vooral bezig met ontwerpen en ontwikkelen. Met dit project leer je hoe je een product in de markt zet. Wat er bedrijfsmatig bij komt kijken en hoe je overtuigend kunt pitchen. Voor mij is dat heel waardevol. Ik ontwerp veel in mijn eigen tijd en zou later heel graag mijn eigen creaties op de markt brengen.”
Kevin: “Je leert tijdens dit project echt hoeveel er bij het opzetten van een bedrijfje komt kijken. Het hele financiële plaatje, maar ook het belang van marketing bij het succesvol maken van je bedrijf. Ook ik ga daar zeker nog profijt van hebben. Ik zou heel graag een eigen onderneming opzetten. Nee, niet in de waterdruppelaars, maar in de zwaardere techniek. Dat zal eerder op het gebied van voertuigen zijn.”
Daan: “Ik heb voor dit project heel veel op de kant van de productie gezeten. Maar het kijkje in de financiële kant vond ik heel interessant. Mijn grootste interesse ligt wel bij het ontwerpen. Het tekenen van nieuwe producten en het verbeteren daarvan. Maar wat je ook doet: inzicht in de zakelijke kant is altijd waardevol wanneer je iets ontwerpt of ontwikkelt.”
Hoe kijken jullie terug op jullie tijdelijke samenwerking?
Kevin: “Het liep heel erg fijn. We zaten goed op één lijn en het lukt ons prima om knopen door te hakken. We hielden regelmatig een vergadering met z’n zessen om de laatste ontwikkelingen door te nemen. Ik heb nog een tijdje de HRM-kant op mij genomen, maar er waren zo weinig problemen dat ik me toen maar op andere vlakken in ben gaan zetten. Voor een ‘tijdelijk’ team denk ik dat we het heel goed gedaan hebben.”
Montserrat: “We kijken ook heel positief terug op de begeleiding die we hebben gekregen van docenten van de commerciële en financiële opleidingen. Zij hebben ons fantastisch ondersteund. Heel enthousiast en altijd behulpzaam. Dat heeft zeker bijgedragen aan het succes.”