Na haar mbo-opleiding Pedagogisch Medewerker koos Joëlle voor hbo Social Work aan de HZ. Hoe beviel de overstap van mbo naar hbo? En wat heeft haar vervolgopleiding haar gebracht?
Waarom koos je ervoor om door te leren aan het hbo?
“De keuze om te gaan werken of om door te studeren was voor mij niet heel ingewikkeld. Ik ben nog hartstikke jong en er valt nog zoveel te leren. Natuurlijk is het leuk om in de praktijk aan de slag te kunnen, maar ik voelde dat er qua studie nog meer in het vat zat. Het bevalt ontzettend goed.”
Waarom viel je keuze op Social Work en niet Pedagogiek?
“Hbo Pedagogiek was een logische opvolger geweest, vanwege mijn mbo-opleiding Pedagogisch Medewerker. Maar ik was juist toe aan een wat bredere opleiding. Ik wist op dat moment niet 100% zeker of ik me puur op kinderen wilde richten. Social Work gaat over mensen van 0 tot 100, waar Pedagogiek zich helemaal op kinderen en jongeren richt. Ik ben best wel onderzoekend ingesteld en ontdek graag nieuwe gebieden. Social Work past daar goed bij. In jaar 3 heb ik trouwens alsnog voor de studieroute Jeugd gekozen. Maar ik ben blij dat ik ook de andere gebieden heb kunnen ervaren.”
Had je je voorbereid op het hbo, of was het een sprong in het diepe?
“Al tijdens mijn mbo-opleiding had ik op de HZ een hbo-dag bezocht van Social Work, Pedagogiek en de Lerarenopleiding. Speciaal gericht op mbo’ers. Daar kon ik al mijn vragen stellen aan docenten, maar ook aan studenten die dezelfde route hebben bewandeld. Daarna heb ik nog open dagen bezocht. En ik heb vriendinnen die aan de HZ studeren. Zij konden me veel vertellen over de manier van werken, de sfeer en de toetsen. Zij zeiden: als wij dit kunnen, dan kun jij het ook!”
Waar zit voor jou het belangrijkste verschil tussen hbo en mbo?
“Ik merk dat er op het hbo meer aandacht is voor het waarom. Het mbo is misschien iets intuïtiever ingesteld. Je handelt gewoon en stelt er minder vragen bij. Op het hbo probeer je meer te verdiepen en te ontrafelen. Waarom is dit een goede methode? En welke mechanismen spelen er dan in ons hoofd? Ook is er meer ruimte voor reflectie op jezelf en op elkaar. Wie ben je? Waarom handel je op een bepaalde manier? Wat zijn je sterke punten en waar liggen je zwaktes? Daar zijn ook heel toffe sessies van, waarin je met de hele groep aan de slag gaat. Best spannend, soms kwetsbaar, maar erg leerzaam.”
Heb je het gevoel dat het hbo weer andere dingen van je vraagt dan het mbo?
“Absoluut. En daarom is het ook zo’n leuke aanvulling op het mbo. Het is echt iets nieuws. Op het mbo word je wat meer gestuurd en achter je broek aan gezeten. Op het hbo is het je eigen verantwoordelijkheid. Of je planning in orde is, of je op komt dagen of niet, of je actief informatie ophaalt bij een docent. Dat vind ik heel goed, want je studeert tenslotte voor jezelf. Dit wil trouwens niet zeggen dat er geen hulp en begeleiding is. Docenten zijn hier heel benaderbaar. Je kunt binnenlopen, chatten, alles. Je kunt altijd je vragen kwijt. Maar je moet er wel initiatief voor nemen."
Hoe zagen je eerste 2 jaren eruit?
“In het eerste jaar leer je de basis, dus dan wordt er best veel kennis overgebracht. Bijvoorbeeld ontwikkelingspsychologie, groepsdynamica, maar ook je eigen ontwikkeling tot professional. In het tweede jaar combineer je de lessen met 3 stages van ieder 45 uur. Die heb ik gebruikt om goed uit te vinden welke richting ik in wilde binnen Social Work. Daarnaast was er in het tweede jaar aandacht voor bijvoorbeeld psychopathologie, veiligheid en diversiteit. Samen met die stages was dat best pittig, maar heel leerzaam.”
Waar heb je je het meest in ontwikkeld in de eerste 2 jaar?
“In het eerste jaar was ik nog vrij timide. Ik keek een beetje de kat uit de boom en volgde vooral wat anderen dachten dat goed was. Het tweede jaar heeft me echt gevormd. Vooral dankzij de 3 korte stages en de momenten van reflectie met mijn studiegenoten. Je leert jezelf niet alleen kennen, maar je begrijpt ook steeds beter hoe je je set aan karaktereigenschappen kunt toepassen bij het helpen van een cliënt. Ik ben zelfbewuster geworden en vertrouw meer op mijn beslissingen.”
Je liep in het tweede jaar 3 stages van 45 uur. Wat een ontdekkingstocht!
“Ja, je kunt echt nog even snel ontdekken waar je hart ligt, voordat je een studieroute kiest. Ik heb stage gelopen in een bejaardentehuis, waar ik werkte met mensen die aan dementie lijden. Daarna heb ik mijn oorspronkelijke passie opgezocht: werken met kinderen op een BSO+ en een dagbehandeling voor kinderen van 2 tot en met 5 jaar. Daar zitten kinderen met bijvoorbeeld ADHD, trauma’s of autisme. Ik vond het zo fijn om die kinderen te helpen in hun ontwikkeling. Daar voelde ik: dit is de plek waar ik wil zijn. Het staat hoog op m’n dromenlijstje voor wanneer ik ben afgestudeerd. Maar ik blijf ook verder onderzoeken wat er nog meer bij me past. Dat is het gave aan Social Work: je blijft talenten en interesses ontdekken.”
Heb je een tip voor studiekiezers die nadenken over Social Work?
“Loop eens een dagje mee! Het is de meest pure ervaring. Iedereen kan wel een mooi verhaaltje houden, maar in de praktijk is alles zoals het is. En een tip voor als je gaat beginnen? Goed plannen. Dat is voor mij het toverwoord. Dan maak je het jezelf zó veel makkelijker.