Het Data Science Lab in het Joint Research Center Zeeland (JRCZ) heeft op het internationale EUNIS-congres een belangrijke prijs gewonnen. Labmanager Loek van der Linde, lector Mischa Beckers van Data Science en projectleider Jorick Vos namen donderdag in een volle zaal in de Griekse hoofdstad Athene de award voor de Best Overall AV-enabled Education Space in ontvangst. “We zijn waanzinnig trots.”

Dat ze in nauwe samenwerking met het Belgische bedrijf Ocular iets bijzonders hebben gerealiseerd in het JRCZ in Middelburg wisten ze al. “Sinds het is geopend hebben we heel veel bezoek gehad”, zegt een blije Mischa. “Onlangs nog kwamen ruim veertig lectoren van het landelijke platform praktijkgericht ICT-onderzoek op bezoek. Zij waren ontzettend enthousiast. Een aantal zei zelfs dat ze het uniek vonden dat er zoiets in Nederland staat. Nu krijg je ook internationaal waardering, van een jury die niet eens in het lab in Middelburg is geweest. Dat is heel bijzonder.”

Digitale ecosystemen

EUNIS is een congres over intelligente, digitale ecosystemen voor Europese universiteiten. Het is woensdag begonnen en eindigt vrijdag. Tal van sprekers uit tal van landen houden lezingen en workshops over onderwerpen als AI, Business Intelligence en digitale transformatie. Mischa, Loek en Jorick hebben het verhaal verteld over het Data Science Lab. “Toch mooi dat je daar staat als vertegenwoordigers van een betrekkelijk kleine hogeschool uit het zuiden van Nederland. Het laat zien dat we iets moois hebben gedaan met de vrijheid die we hebben gekregen om het lab, met slechts een paar kaders, te ontwikkelen”, aldus Jorick.

Het verhaal van het drietal heeft indruk gemaakt in Athene. “We hebben altijd geweten dat we iets innovatiefs aan het doen waren. Tijdens de ontwikkeling hebben we veel moeten verzinnen en improviseren”, zegt Jorick. “Ons doel was om een ingewikkeld iets als data science te vertalen naar een lab met visueel aantrekkelijke opstellingen, zodat data science ook begrijpelijk wordt voor mensen die er geen feeling mee hebben”, vult Mischa aan. “Gebruiksvriendelijkheid hebben we hoog in het vaandel.”

Telefoon staat roodgloeiend

Loek speelt als labmanager een belangrijke rol in het succes van het lab. “Ik vertel overal ons verhaal, zowel bij opleidingen binnen de HZ, Scalda en University College Roosevelt als extern bij bedrijven en organisaties. Dat betaalt zich uit. In het lab is het vrijwel elke dag druk met studenten, mijn telefoon staat roodgloeiend door de geïnteresseerde bedrijven die bellen, we kunnen veel stagiairs kwijt en er loopt een aantal projecten.”

Volgens Loek geeft het lab een andere dimensie aan onderwijs en onderzoek. “HBO ICT-studenten hebben bijvoorbeeld een digitaal anatomiemodel ontwikkeld voor de opleiding Verpleegkunde. Studenten oefenen normaal op poppen, maar het aantal poppen is beperkt waardoor je het niet altijd kunt doen. Met het digitale model kun je bij wijze van spreken 24/7 en overal oefenen. In het lab zijn we goed in het inzichtelijk maken van ingewikkelde processen zonder dat we afbreuk doen aan de complexiteit van bepaalde onderwerpen. Dat slaat aan.”

Volgens Mischa is het JRCZ-lab uniek in zijn soort. Er zijn in Nederland wel vergelijkbare initiatieven, maar dat is vaak een verzameling apparatuur. “In ons lab kunnen wij het data science-proces beeldend uitleggen. Als de 3D-curved wall straks optimaal werkt, sta je er zelfs letterlijk middenin. Dan kunnen we ons verhaal op een mooie manier aan iedereen duidelijk maken.”

Vier criteria

De Best Overall AV-enabled Education Space is de meest prestigieuze prijs die wordt uitgedeeld tijdens het congres van European Univeristy Information Systems organisation (EUNIS). Deze organisatie brengt mensen samen die verantwoordelijk zijn voor het beheer, ontwikkeling en het beleid van IT in het hoger onderwijs in Europa. Het JRCZ Data Science Lab is beoordeeld op vier onderdelen: pedagogie, AV-technologie, innovatie en voordelen. De jury zei dat de technologie meerwaarde creëert op het vlak van leren en lesgeven in de ruimten. “Het design is innovatief, gaat verder dan de standaard klasruimtes en draagt bij tot de leerdoelstellingen.”